Krista Heshof – docent Nederlands en maatschappijleer op het Actief College in Oud-Beijerland #docenten
25 jaar docent met passie voor het vmbo

25 jaar docent met passie voor het vmbo
Schoolloopbaan: Krista is na de middelbare school Nederlands gaan studeren aan de universiteit. Het was haar wens om les te gaan geven en na een jaar is ze gestopt met deze opleiding. Ze heeft haar studie vervolgd met de lerarenopleiding (Nederlands) aan de Hogeschool te Rotterdam.
Loopbaan: Krista werkt 27 jaar in het onderwijs. Ze startte haar carrière aan het Maascollege in Schiedam. Daar werkte ze zeven jaar als docent Nederlands. Vervolgens ging ze naar het Actief College in Oud-Beijerland, waar ze nu nog werkzaam is als docent Nederlands en maatschappijleer én ze is sinds twee jaar examensecretaris.
“Ik had een hele leuke docent Nederlands. Wat hij deed, dat wilde ik ook gaan doen. Ik wist gewoon dat ik graag wilde lesgeven, al op de middelbare school.”
“Ik kom oorspronkelijk uit de Hoeksche Waard. Nadat ik een tijdje lesgaf in Schiedam wilde ik heel graag terug naar ‘mijn’ eiland. Ik heb in het begin lesgegeven op het havo/vwo, maar ik kwam er al snel achter dat dit niet mijn doelgroep was. Ik wilde vmbo-leerlingen lesgeven. Er zijn maar twee vmbo-scholen in de Hoeksche Waard; gelukkig heb ik op het Actief College mijn plekje gevonden.”
“Jazeker! Dat was in de eerste plaats mijn docent Nederlands op de middelbare school. Hij inspireerde mij om te kiezen voor het vak van docent. Later, tijdens een stage van de lerarenopleiding, op het vmbo in Vlaardingen, waren er nog twee docenten die mij motiveerden en mij de fijne kneepjes van het vak hebben geleerd. Zij waren degenen die achterin de klas zaten als ik ervoor stond. Ik herinner me dat ze driftig aantekeningen maakten van mijn verrichtingen. Ik heb veel van hen geleerd.
En iets anders gaan doen? Ik wilde alleen maar lesgeven! Ik heb nooit andere ambities gehad voor een ander vak. Als ik zou moeten kiezen, zou het weer het onderwijs worden.”
“Als iemand die duidelijk is, maar eigenlijk zo inconsequent is als de pest. Ik wil misschien wel streng overkomen, maar dat ben ik helemaal niet. Daarmee bedoel ik ook dat ik altijd streef naar een goede sfeer in de klas. Ik stuur bijvoorbeeld nooit leerlingen uit de klas.”
“Nee, ik zie geen verschil! Het zijn dezelfde leerlingen als 25 jaar geleden. Het enige verschil dat ik zie gaat meer over de ouders; die zijn tegenwoordig meer betrokken bij de prestaties van hun kind.”
“Dat ze goed voor zichzelf zorgen zodat ze goed beslagen ten ijs
komen in de maatschappij. Ik wil ze leren verantwoordelijk te zijn en verantwoordelijkheid te nemen. Het gaat meer over het aanleren van skills waarmee ze straks klaar zijn voor de ‘grotemensenwereld’. Dat vind ik belangrijker dan het vakinhoudelijke.”
“Ik zie dat ik vroeger andere dingen kon vragen aan mijn leerlingen dan nu. Alles is veel algemener geworden, oppervlakkiger misschien? Er zijn in 25 jaar veel meer regels en eisen gekomen in het onderwijs. Ik ben vaker bezig om te voldoen aan de exameneisen dan met allerlei andere leuke zaken van het onderwijs, zoals uitstapjes, cabaret, tijd voor het maken van gedichtjes, allerlei creatieve dingen die ook heel belangrijk zijn voor leerlingen.”
“Wat ik geleerd heb in 25 jaar is dat kinderen een derde, vierde of vijfde kans verdienen, altijd! We hebben als vmbo een reputatie als het gaat over het type leerling dat we lesgeven. Maar achter een lastige leerling zit altijd een verhaal, een flinke rugzak. Het kind is niet zó maar vervelend, er is altijd een reden voor. En wij als docenten moeten het altijd voor de kinderen opnemen; we moeten goed voor ze zorgen.
Dus ja, ik ben een andere docent dan aan het begin van mijn loopbaan. In het begin ben je erg bezig met jezelf, om het vak in de vingers te krijgen. Nu mag ik van mezelf inconsequent zijn, want dat kán! En ik wil ervoor zorgen dat altijd alles bespreekbaar is. Daar kwam ik in het begin helemaal niet aan toe!”
“Het mooiste is dat je als docent echt een verschil kunt maken. Je kunt echt van betekenis zijn voor een individuele leerling. En dat je dan ook ziet dat ze er iets mee doen, dat ze iets leren. Ik voel ook sterk dat vmbodocenten iets doen wat van groot belang is!
Ik zie mijn lokaal als een huiskamer; leerlingen mogen zich daar welkom voelen. Dat mooie van het vmbo komt soms na jaren weer aan je deur kloppen; oud-leerlingen appen me om te laten weten dat het goed met ze gaat. Hartstikke mooi!
En nóg leuker: ik heb nu collega’s die vroeger bij me in de klas zaten!”
“Dan zou ik minder tijd willen besteden aan randzaken zoals administratieve rompslomp. En dan zou ik juist méér mensen voor de klas willen hebben, met méér lessen voor de leerlingen. En uiteraard meer ruimte willen geven aan de mogelijkheid uitstapjes te maken, excursies, etc.”
“Ik ben er trots op dat ik in de Hoeksche Waard, waar ik woon en werk, voortdurend het resultaat zie van mijn werk. Dat ik naar de kapper ga bij een oud-leerling van mij en als mijn auto een beurt nodig heeft, dat ik die naar de garage breng van een oud-leerling. En dat zijn stuk voor stuk mooie mensen die een plekje vonden in de maatschappij en elke dag iets doen waar ze heel erg blij van worden.”