Anja Gloudemans – docent Frans en mentor op ORS Lek en Linge in Culemborg #docenten
25 jaar docent met passie voor het vmbo

25 jaar docent met passie voor het vmbo
Schoolloopbaan: Van 1984 tot 1990 zat Anja op de Scholengemeenschap Noordendijk in Dordrecht en behaalde ze haar mavo- en havo-diploma. Daarop volgde ze een jaar meao in de avonduren en een secretaresseopleiding bij Instituut Scheidegger. In 1991 begon ze aan de lerarenopleiding Frans in deeltijd en later volgde ze nog een post-hbo tot gedragsspecialist VO op de Hogeschool Utrecht, seminarium voor de orthopedagogiek.
Loopbaan: Omdat Anja jong op zichzelf ging wonen, besloot ze in deeltijd te gaan studeren. Overdag werken en ’s avonds in de schoolbanken. Inmiddels werkt ze 27 jaar in het onderwijs. Ze begon op het Walburgcollege, locatie Hendrik-Ido-Ambacht, daarna het Griendencollege in Sliedrecht om vervolgens in 2008 terecht te komen op ORS Lek en Linge te Culemborg. Ze werkt daar nu nog steeds als docent Frans en is mentor. Ook is ze hier jarenlang faalangsttrainer geweest.
“Ik had een groot voorbeeld in mijn tienerjaren, namelijk mijn docente Frans. Ik wilde ook lesgeven zoals zij! Op haar manier, zo betrokken bij haar leerlingen. Kinderen iets leren, enthousiast maken voor mijn vak. Mijn voorkeur ging uit naar geschiedenis, maar dat ging niet door. Mijn moeder vond dat er te veel werkloze geschiedenisdocenten waren op dat moment. Frans mocht wel gelukkig.”
“Ik werkte bij een vorige school samen met mijn partner (daar verliefd geworden en inmiddels is hij helaas overleden in 2015). Alles was school, collega’s, school, collega’s. Soms fungeerde ik als secretaresse voor mijn man en moest ik dingen aan hem doorgeven (en die vergat ik dan). Collega’s vroegen mij regelmatig om iets mee naar huis te nemen en af te geven aan mijn partner of om hem iets te vragen. Thuis hadden we daar soms ruzie over.
Ik was daar op een gegeven moment klaar mee. Ik wilde mijn eigen werkomgeving met andere collega’s dan hij. Ik was het zat om samen met mijn man op dezelfde school te werken. Op een dag solliciteerde ik, eigenlijk uit een soort frustratie, op een vervangingsbaan bij Lek en Linge. Zo had ik in ieder geval een jaar werk en daarna zou ik wel weer zien. Die vervangingsbaan werd een vaste aanstelling van nu bijna 17 jaar.”
“Ik had op de middelbare school een docente Frans die met elke vezel in haar lijf lesgaf. Dat heeft mij geïnspireerd. Ze heet Jantien Veenhuizen (destijds Van den Berg). Ik heb één van mijn stages bij haar mogen doen en ik heb veel van haar geleerd. Inmiddels zijn wij al jaren vriendinnen. Zij is al een tijdje met pensioen. Als ik geen docent zou zijn geworden, zou ik denk ik in de zorg gewerkt hebben; iets in het maatschappelijk werk, psycholoog of doktersassistente.”
“Dat hangt er vanaf welke leerling je het vraagt. Maar over het algemeen vermoed ik dat ze zich positief over mij uitlaten: een luisterend oor, geduldig en niet te streng. Alhoewel, ze zullen me ook wel eens een heks vinden hoor! Ik ben eerlijk en mezelf. Soms hoor je nog wel eens iets van oud-leerlingen. Ik herinner me een meisje dat mij en mijn man achteraf bedankte omdat ze vond dat ze zonder ons haar diploma nooit zou hebben gehaald. Dat is mooi toch?”
“Dat vind ik een moeilijke vraag. De tijd is enorm veranderd en alles is nu zo ver gedigitaliseerd. Mijn eerste leerlingen hadden géén telefoon en computers stonden in het computerlokaal. Er was veel
minder afleiding waardoor leerlingen zich beter konden concentreren. Nu staan ze continu ‘aan’. De telefoon zit bij wijze van spreken vastgeplakt in hun hand.
Daarnaast is het programma voor de leerlingen veel breder geworden. Op de basisschool moeten er al allerlei projecten en programma’s worden afgewerkt wat ten koste gaat van de basis zoals lezen, rekenen en schrijven. Ook op de middelbare school zijn er veel meer vakken: Techexplore, burgerschapsvorming en lob-begeleiding.”
“Het meest ideale antwoord zou natuurlijk zijn: een leerling die perfect Frans verstaat, spreekt, leest en schrijft. Dat is een illusie en hoeft ook niet per se voor mij. Ik ben al blij als ik iets voor een leerling heb betekend op welke manier dan ook.”
“De grootste verandering die ik meemaakte is dat het vbo en mavo samen vmbo werd. Verder is er in 25 jaar tijd veel gedigitaliseerd. Ook zag ik dat er een negatieve kijk in de maatschappij ontstond over het vmbo. Zo zijn er ouders die niet willen dat hun kind ‘maar’ naar het vmbo gaat. Een andere ontwikkeling is dat leerlingen nu allemaal samen naar school gaan (ze kunnen niet meer op het speciaal onderwijs terecht). Wat ook sterk veranderde was de enorme uitbreiding van het middenmanagement.”
“Ik denk dat ik 25 jaar geleden lief gevonden wilde worden. En populair zijn! Ik ben erachter gekomen dat je het verst komt als je jezelf blijft. Als je toneel speelt, val je door de mand. Dat hou je niet vol. Ik sta nog steeds elke les met plezier voor mijn klassen. Ik hou van mijn leerlingen en geniet van het lesgeven. Sommige dingen gaan me nu gemakkelijker af al bereid ik nog altijd al mijn lessen voor. Ik wil absoluut dat de leerlingen genoeg te doen hebben tijdens de les. Ondanks die voorbereiding gun ik mezelf én de leerlingen de ruimte voor een beetje improvisatie tijdens de les. Samen een dansje maken in de klas… dat moet kunnen!”
“Ik word blij als ik een leerling Frans hoor spreken. Of als ik een leerling kan helpen om minder angstig voor toetsen of werkjes te zijn. En waar ik ook heel blij van word is met leerlingen op uitwisseling gaan of op schoolreis en als ik met leerlingen, op onze Goededoelen-dag, veel geld ophaal én win! Het allermooiste: als een leerling me bedankt voor de fijne lessen tijdens een diplomauitreiking.”
“Ik zou niet alleen het vmbo willen veranderen maar eigenlijk heel het Nederlandse onderwijs. Ik vind dat leerlingen véél te jong een vakkenpakket moeten kiezen, namelijk in klas twee als ze nog maar 13 zijn. Ik ben een voorstander van portfolio-leren. Leerlingen werken op hun eigen niveau, en enigszins in hun eigen tempo, aan hun vakken.”
“Ik ben trots op elke dag, elk jaar, elke geslaagde leerling of elke leerling die zijn eigen weg vindt dankzij een beetje hulp van mij.”